Bordelen in Sint-Truiden (B) krijgen vanaf nu elk jaar belastingbrief van 10.000 euro: ‘Beschamend voor de stad’

Eigenaars van Truiense eroshuizen zullen vanaf nu jaarlijks een belastingbrief van minstens 10.000 euro ontvangen. De taks komt er niet enkel om de overlast die bordelen veroorzaken te compenseren, maar ook om het succes van een legendarische prostitutiebuurt af te remmen. ‘De Chaussée d’Amour is beschamend.’

Het stadsbestuur doet er alles aan om de gewone werkmens kapot te maken.” In het schijnsel van felrode neonverlichting doet zestiger Roger* er donderdagmiddag alles aan om het bestaansrecht van zijn familiezaak op de Luikersteenweg in Sint-Truiden te verdedigen. Met fijngeknepen ogen staart hij naar de straat waar zijn collega-ondernemers tot vreugde van de lokale overheid hippe fietsenwinkels, ijssalons en garages uitbaten. Diezelfde erkenning krijgt hij niet, vertelt hij, terwijl hij naar de schaarsgeklede dame in zijn etalage knikt.

Als uitbater van een van de 33 erotische bars en seksclubs op de zogenaamde Chaussée d’Amour wordt zijn aanwezigheid slechts gedoogd. Waarnemend burgemeester van Sint-Truiden Jelle Engelbosch (N-VA) noemde de etablissementen recentelijk nog “beschamend voor de stad”.

De Vlaams-nationalist richt zijn pijlen op bars zoals die van Roger omdat ze volgens hem een verleden van criminaliteit en vrouwenhandel met zich meeslepen. Aan het begin van het millennium vonden verschillende aanslagen plaats, en ook vorig jaar nog werd een van de bars in brand gestoken. Daarnaast vinden iedere maand gemiddeld drie verkeersongevallen plaats op de baan, deels omdat chauffeurs afgeleid zijn door de sekswerkers die achter de ramen staan.

De N-VA-fractie lanceert daarom een plan waarbij iedere eigenaar van een eroshuis in de stad 10.000 euro aan bijkomende belastingen moet betalen, voor grote panden kan dat bedrag oplopen tot maximaal 15.000 euro. “Door die enorm hoge taks hopen we het houden van zo’n bordeel te ontraden, zodat het verhaal op termijn eindigt”, vertelde Engelbosch daar afgelopen zomer al over in Het Belang van Limburg.

Zijn partijgenoot, schepen van Financiën Jo François, nuanceert dat nu en verwijst naar een studie van de Nationale Bank die aantoonde dat Belgen in 2018 nog 1 miljard euro aan betaalde seks uitgaven. “Die taks is dus gerechtvaardigd omdat we zo de kosten van de overlast deels kunnen compenseren.”

Juridische achilleshiel

Uitbater Roger ergert zich aan de kortzichtigheid van de overheid. Hij wijst erop dat zijn sector door de coronacrisis al lang zwarte sneeuw ziet en dat mensen door de economisch moeilijke periode ook minder geld uitgeven dan in het verleden. De man heeft daarom een overleg met een advocaat gepland om uit te zoeken hoe hij in beroep kan gaan tegen de nieuwe taks. “Juridisch houdt dit geen steek, de overheid heeft geen poot om op te staan.” Hij wijst daarmee op een achilleshiel die ervoor zorgde dat eerdere versies van de bijkomende belasting voor eroshuizen sneuvelden.

Onder het bewind van geschorst burgemeester Veerle Heeren (CD&V) werd de belasting namelijk al enkele jaren niet meer geïnd. Uitbaters van bars op de Chaussée d’Amour spanden een rechtszaak aan tegen de stad omdat ze zich onrechtmatig behandeld voelden en ondertussen werd het steeds moeilijker om uit te zoeken wie de facturen precies hoorde te betalen. “Er werden verschillende vennootschappen met diverse postbussen opgezet, waardoor het niet langer duidelijk was tot wie we ons konden richten”, zegt François. Door nu rechtstreeks de eigenaars van de gebouwen aan te spreken, moet dat makkelijker worden.

Mensen die in de buurt van de wijk wonen, reageren verdeeld op de plannen die het stadsbestuur aankondigde. “Ik vind dat iedereen het recht heeft om zijn brood te verdienen. Bovendien zijn een heleboel van de sekswerkers ondertussen ook bekende gezichten geworden”, vertelt buurtbewoner Nadine (54). Zij is het ondertussen gewend dat er naast een frituur en een benzinestation ook seksclubs in de straat zijn. “Hier leeft altijd iets, ik zou het niet meer kunnen missen”, vertelt ze terwijl ze grinnikend naar een bar wijst waarop een gigantisch vrijheidsbeeld gebouwd is.

Niet iedereen heeft het makkelijk om met de sfeer in de straat om te gaan. “De sekswerkers die ik ontmoette, waren altijd heel vriendelijk. Maar toen ik hier kwam wonen, onderschatte ik dat ik ook hun cliënten zou zien. Zij geven me soms een ongemakkelijk gevoel”, vertelt een jonge dertiger die onderweg is om haar kinderen van school te halen.

Engelbosch mag misschien hopen dat de erostaks de activiteiten op de Chaussée d’Amour zal beperken, maar de vraag blijft waar alle sekswerkers dan heen zullen gaan. Magaly Rodriguez Garcia, die aan de KU Leuven onderzoek naar de geschiedenis van prostitutie doet, vreest dat de verhoogde belastingen voor een toename van het aantal clandestiene seksclubs kunnen zorgen. “De eerste slachtoffers daarvan zijn de sekswerkers zelf, want zij genieten dan niet langer van politiebescherming. Daardoor wordt het moeilijker om hun werk op een veilige manier uit te oefenen.”

De optie om een erotisch centrum buiten het stadscentrum op te richten en daarin alle seksclubs onder te brengen, een idee waar Engelbosch eerder mee speelde, is volgens Rodriguez Garcia evenmin een goed plan. “Op die manier groeit het risico op gettovorming. De logica van die overheden lijkt steeds weer dat prostitutie toegelaten is, zolang ze het maar niet hoeven te zien. Dat opent gewoon de deur naar louche praktijken.”

*Roger is een schuilnaam

Bron: demorgen.be