Moet een bewoonster van de Markveldebrink in Enschede haar woning uit omdat ze die gebruikt voor prostitutie? Het is donderdag wel de inzet van een kortgeding in de Enschedese rechtbank. Tijdens de rechtszaak wordt al snel duidelijk dat de soep niet zo heet gegeten hoeft te worden, als het aan Woningstichting De Woonplaats ligt.
„Niet doen!” De wijsvinger van haar rechter hand priemt bezwerend in de lucht. De bewoonster van de woning aan de Markveldebrink herhaalt het nog maar eens met ogen die vuur schieten: „Niet doen!”
Ze is een opvallende verschijning, glazen stiletto’s en een maatpak waarvan het merk goed leesbaar is in zilveren pailletten. De vrouw wil kostte wat het kost voorkomen dat ze op straat komt te staan.
Geen discussie over beroep
Eén ding staat donderdag niet ter discussie, en dat is het beroep van de bewoonster. En dat is wat betreft de Woonplaats prima. „Zolang het maar niet in de eigen woning is”, zegt advocaat René Rorink.
Want dat is waar de rechtszaak over gaat, het vermoeden dat de woning van de Woonplaats gebruikt wordt voor betaalde seks. Het is niet zo maar een vermoeden.
Terug naar 2022, het moment dat de vrouw het huurcontract voor de woning tekent. Op dat moment is al duidelijk welke werkzaamheden ze heeft. Het leidt ertoe dat de Woonplaats een extra clausule aan het huurcontract toevoegt, geen prostitutiewerkzaamheden vanuit het appartement verrichten. Er wordt ook afgesproken dat daarop gecontroleerd wordt.
Vreemde mannen
Die controles maken duidelijk dat het gehuurde niet als woning wordt gebruikt. Een omwonende meldt bij de Woonplaats dat er elke nacht veel lawaai is, en dat vreemde mannen bij haar aanbellen op zoek naar illegale prostitutie. De omwonende stuurt ook een screenshot van een prostitutiewebsite mee, een advertentie waar de vrouw duidelijk op te herkennen is.
Bij een controle van de politie wordt een andere persoon aangetroffen die zich zou prostitueren vanuit de bewuste woning. Die wordt door de politie het appartement uitgezet. Ook is er inmiddels een huurachterstand. Het leidt ertoe dat de Woonplaats een procedure begint om de vrouw uit haar woning te zetten.
Tegenover kortgedingrechter Kuipers draait de vrouw er opnieuw niet omheen: „Ja, ik ben prostituee maar ik werk niet vanuit mijn eigen woning. Ik werk in een club.” Op vragen van de rechter of ze wel werkelijk woont in de flat antwoordt de vrouw: „Ja ik woon daar sinds één jaar!” Ze biedt haar excuses aan haar buurvrouw aan. „Sorry als er ooit lawaai was, maar ik ben een goed mens.”
Na het aanhoren van het verhaal van de bewoonster en overleg op de gang laat advocaat Rorink de eis tot ontruiming vallen. Een gedragsaanwijzing is voldoende als de bewoonster belooft niet te werken vanuit haar woning, en als zij meewerkt aan controles daarop . Mocht de vrouw wel worden betrapt, dan volgt uitzetting.
Bron: tubantia.nl